De Grens

Inzending voor een schrijfwedstrijd van Schrijven Magazine/Schrijven Online. De wedstrijd is georganiseerd in samenwerking met de Schrijversacademie en Querido Academie.


Het thema van de wedstrijd: De Grens. Maximaal aantal woorden: 500. Bij de omschrijving van het thema werd het grote aantal vluchtelingen van dit moment als voorbeeld gegeven, maar je mocht het thema breed interpreteren. Na inzending constateerde ik dat men toch een echt 'vluchtelingenverhaal' wilde. Ik voldoe met 'Sterren in een cirkel' onvoldoende aan het thema en heb de longlist niet gehaald. Het verhaal:


Sterren in een cirkel


Voorzichtig open ik de krakkemikkige, houten deur. De warmte die over me heen valt is nog drukkender dan buiten. Mijn reisgenoten staan in een soort rij te wachten. Ze manen me om op te schieten. Waarom moet ik opschieten? Het is duidelijk dat we nog lang niet aan de beurt zijn. Er staan meer groepjes reizigers. Ik tel in korte tijd zo'n vijfentwintig mensen die allemaal voor mij binnen zijn gekomen.

Op mijn gemak kijk ik de ruimte rond. Dit houten gebouw is al flink wat jaren in gebruik zo te zien. Ik zie scheuren in de wanden en het plafond, donkere plekken met een beetje witgrijze laag waar kennelijk water naar binnen is gesijpeld. De twee loketten zijn nog net als zodanig te herkennen, al is het flink verzakt en werken de schuiframen niet meer. Ik bekijk hoe het andere reizigers afgaat om een stempel in hun paspoort te krijgen. Van tevoren vult iedereen een papier met wat vragen in. Vrij standaard, je naam en adresgegevens, wat je reisdoel is en hoe lang je wilt blijven. De enige uitspringende vraag is de vraag naar welk schoeisel de reiziger bij zich heeft. Schoeisel? Is het de bedoeling dat je al je schoenen beschrijft? Gaat het om het merk? De kleur? Maakt het echt uit wat ik invul?

Ik kijk naar reizigers die met hun ingevulde papier bij een loket staan. De mannen aan de andere kant werpen slechts een korte blik op het papier en geven zonder verder commentaar een stempel in het paspoort. Het maakt vast niet veel uit wat ik invul, constateer ik na de vijfde reiziger. Ik vermeld mijn Teva's en de flipflops die ik aan heb en ga rustig in de rij staan.
Zoals verwacht, krijg ik zonder problemen een stempel. Ik wens de beambte een prettige dag en stap door de deur waar 'Exit' boven staat. Plons! Ik kan me nog net vastgrijpen aan een boompje dat er staat. Mijn voeten met de flipflops staan onder water. Water waar een penetrante geur van afkomt. Ik kijk in de grijnzende gezichten van mijn medereizigers.
'Je had ook even naar ons moeten luisteren!'
'Wat dan?' De verbazing is waarschijnlijk van mijn gezicht af te lezen.
'We gaan een gebied uit waar besmettelijke ziektes voorkomen. Je staat nu met je voeten in een ontsmettingsmiddel. Wij hebben niet voor niets onze bergschoenen aangedaan.'

Ik kan wel door de grond zakken. Wat stom van me! Aan het begin van de reis is er gewaarschuwd voor deze grensovergangen. Alle reizigers moeten over een mat met ontsmettingsmiddel lopen. Men hoopt zo besmetting van nieuwe gebieden tegen te gaan. Ze hebben ons zeer dringend geadviseerd stevige schoenen te dragen bij de grens, anders kan het zijn dat je wordt opgepakt.
Ik zie nu pas het gele bordje: 'No shoes, no entrance'. Er komt een man met sterren in een cirkel op zijn schouder op me toe lopen. Hij pakt mijn arm vast, kijkt me doordringend aan. 'Jaja, ik kom mee...' stamel ik.