Horrorbrug
Met mijn handen voor mijn mond geslagen, sta ik aan de kuipvloer genageld. Ik wil schreeuwen: 'Laat @#$%^@&% die brug omhoog!' Er komt weinig geluid over mijn lippen. Het heeft ook geen zin, want een volautomatische brug luistert niet.Met afgrijzen zie ik een zeiljacht steeds verder slagzij maken onder het gewicht van het dalende brugdeel. Dan breken de mast en het achterstag, er komt wat ruimte voor het jacht om op te veren. Het gangboord heeft het water geraakt. Hier is slechts één moderne term mogelijk:
WHAT THE FUCK?
Henk en ik kijken elkaar aan. Is dit echt gebeurd? Hebben we zojuist een zeiljacht geplet zien worden door de William Pontbrug? Vol ongeloof staan we dicht tegen elkaar te staren naar de dichte brug met erachter een mast waarvan de bovenste meters naar beneden hangen. Er beginnen zich mensen te verzamelen op de brug. Een motoragent arriveert. Met tranen in mijn ogen stamel ik zachtjes 'Wat vreselijk. Wat erg. Dit kán toch niet.' Er zijn geen woorden die uit kunnen drukken wat er op dit moment door me heen gaat. Dit had ons ook kunnen overkomen! Dat besef ik meteen.
Het is zondagmiddag 1 mei 2016. Een lekker zonnige dag. We hebben de kuiptent laten zakken om volop te genieten van de lente. Ik kijk uit op de William Pontbrug, een brug voor fietsers en voetgangers om van Zaandam centrum naar Zaaneiland te komen. Het bewegende deel geeft ons soms nachtmerries, al weten we op dat moment nog niet dat die nachtmerries gaan verhevigen. De brug werkt volautomatisch. Wanneer we de jachthaven verlaten of inkomen moeten we de brug passeren. Het inwerking stellen van het systeem is een hele toer. Meestal sta ik me zo groot mogelijk te maken op de punt van de Markiezin. En maar zwaaien met die armen. Alles in de hoop dat het hoogtedetectieoog ons zal opmerken. Na enkele vruchteloze pogingen, veranderen we dan van techniek. Ik ga proberen om met de pikhaak bij de rode knoppen te komen. Henk doet zijn best om de boot zo dicht mogelijk bij die stomme knoppen te krijgen. Na een paar maal drukken gaat dan eindelijk de bel en komt er beweging in de brug. De slagbomen dalen, het brugdeel zwaait geleidelijk omhoog met een bocht.
Het is geen 'gewone' brug, het is een designbrug. Bij het verlaten van de jachthaven is het mogelijk om al wat op te varen voordat de brug geheel omhoog is en het licht op groen gaat. Bij het terugkomen moet je dat echt niet doen, want dan is het risico op aanvaring met de mast zekerheid. Het brugdeel komt naar je toe.
Staat de brug eenmaal open, en is de boot doorgevaren, dan blijft de brug nog enige tijd geopend. Voor de fietsers en voetgangers vervelend, voor ons maakt het niet veel uit. Het geeft wel een veilig gevoel dat je tijd hebt om door te varen. De fietsers en voetgangers hebben waarschijnlijk geklaagd bij de gemeente, want op deze zondagmiddag blijkt de brug anders afgesteld te zijn...
Op deze zondag komt een zeiljacht naar onze haven toe. Ik zit me af te vragen of het onze nieuwe havengenoten zijn of misschien een passant. Henk kijkt nu ook en merkt ineens op 'Als ze maar op tijd door de brug komen.' Ik heb geen idee waarom hij dat zegt, want dat ding blijft toch altijd een poos open? Ik zie wel dat ze moeite hebben om het systeem in werking te krijgen. Na een paar pogingen met de pikhaak hoor ik de bel. 'Gelukkig, ze hoeven niet nog moeilijker te doen' denk ik op dat moment. De slagbomen sluiten, de brug gaat omhoog, het zeiljacht manoeuvreert zich recht voor de brug. Als de brug helemaal hoog is, vaart het schip in. Ik hoor de bel weer en de brug begint weer te zakken. We zijn verbijsterd. Ik hoor geschreeuw, ik hoor de motor gieren en weet dat de schipper nu probeert achteruit te slaan. Het mag niet baten. De brug komt onverbiddelijk tegen het voorstag waar het zeil keurig omheen gerold zit. Onder het gewicht begint de boot slagzij te maken. Het verbaast me hoe ver dit gaat. Tegen het remmingswerk, de brugpalen waar de boot tegenaan ligt, komt uiteindelijk het gangboord in het water. Ik zie twee kinderen, waarvan er een op het remmingswerk lijkt te klimmen. 'Als er maar niemand letterlijk tussen wal en schip valt!' schiet door me heen. Dan breekt de mast, en een aantal stagen. Zo komt er ruimte en de boot veert weer op. De brug sluit zich volledig. Even valt er een doodse stilte om dan plaats te maken voor chaotische beelden en geluiden.
Moeten we iemand bellen? Maar wat is het nummer van de havendienst van Zaandam? Henk belt onze havenmeester en deze belt de havendienst. We blijven enige tijd staan kijken, praten wat over wat er precies gebeurd is, zien een motoragent aankomen en besluiten om zelf ook naar de brug te gaan. Ik meld me bij de agent om als getuige een verklaring af te leggen.
Dit gehavende zeiljacht is een trieste aanblik. Het zijn inderdaad onze nieuwe havengenoten. Om onder deze omstandigheden kennis te maken is bepaald niet leuk. De schipper klimt via het remmingswerk de brug op. De kinderen worden door een rondvarend bootje opgehaald en afgezet op het Zaaneiland. Later volgt ook de schippersvrouw. De motoragent heeft het druk met getuigenverklaringen, maar krijgt na enige tijd hulp van collega's. De havendienst arriveert met een boot. Ook de waterpolitie komt uiteindelijk per boot. Genoeg autoriteiten aanwezig zou je denken, maar beslissingen nemen valt niet mee.
De brug staat intussen in storing. De havendienstmensen hebben er een hele kluif aan om te voorkomen dat voorbijgangers onder de slagbomen doorkruipen om toch over te steken. Ze moeten zelfs gaan dreigen met flinke boetes en arrestaties voordat men luistert. Wil je het eiland op of af dan moet je omlopen via het Spiekeroog, de verbinding tussen het eiland en de vaste wal die ook voor auto's toegankelijk is. Er wordt flink gesputterd over dit ongemak.
Ik leg een verklaring af bij de motoragent en kijk verder wat rond. Het voorstag van het zeiljacht ligt met enkele knikken om een lichtpaal gevouwen. Er zitten geen delen vast tussen het bewegende brugdeel en de rest van de brug. Ik spreek de bemensing van het onfortuinlijke zeiljacht, en wat omstanders. We zijn het met elkaar eens dat de schipper niks te verwijten valt en dat de brug onverwacht snel weer is gaan dalen.
Aan het begin van de avond komt er een hoogwerker van de brandweer waarmee het voorstag van de lichtpaal wordt gehaald en het geknakte stuk mast wordt gezekerd tegen het nog overeind staande deel. Het jacht kan nu afmeren aan de buitensteiger van de jachthaven aan de Zaankant van de brug.
Wij volgen de verrichtingen weer vanuit onze kuip. Ik zie aan de kant van het Zaaneiland een cameraman/journalist met een camera op statief komen. Er wordt kennelijk gefilmd, want ik zie verschillende mensen plaatsnemen voor de camera. Ik vermoed dat RTVNH een reportage maakt. Via hun nieuwsapp krijg ik dat even later bevestigd. Een filmpje met een getuige die beweert dat de schipper 'gewoon te laat was met invaren'... Ik herhaal de krachttermen die ik gebruikte hier maar niet. Duidelijk geval van 'de beste stuurlui...' en dat levert een ander verhaal op.
Als de brandweer het jacht heeft bevrijd, wordt de brug gecontroleerd en getest door de havendienst en de nog steeds aanwezige (water)politie. Wij timen de tijd die de brug volledig omhoog staat met een stopwatch. Ons eerdere gevoel van een halve minuut, klopt exact. Dertig hele seconden staat de brug omhoog, dan klinkt de bel en zet de daling in. Men vindt dit blijkbaar voldoende, want de brug wordt vrijgegeven voor weg- en waterverkeer.
We blijven achter met een kater. Het blijft het gesprek van de avond. Durven we nu deze brug nog wel door? Ik weet dat ik doodsangsten uit zal staan de eerstvolgende keer dat wij de brug moeten passeren. Henk durft wel, maar gaat nog defensiever varen en bij de minste twijfel vaart hij niet door. Alles zal afhangen van de weersomstandigheden. Ergens ben ik blij dat het nog even gaat duren voor we weer kunnen zeilen. Gewoon omdat deze horrorbrug nu echte nachtmerries oplevert.